Verslag 2

water! Toen ik naar binnen ging om een kopje koffie te halen, bleek de “ontbijtdoos” van z’n plek gevallen te zijn; de Brinta lag door de boot.
Bij de sluis van Terneuzen dachten we dat we niet met de eerste schutting mee konden, omdat er een aantal binnenschepen aan kwamen. Er bleven echter schepen in varen en de sluiswachter meldde ons dat we achteraan konden aansluiten. Wat een grote sluis! Even 10 uur gaan we de sluis weer uit en we besluiten door te varen naar Gent. Het weer is toch niet geweldig, af en toe een waterig zonnetje en weer een heel koude wind. Bob vaart met handschoenen aan. En de omgeving is ook niet geweldig! Eén groot industriegebied. Aan het eind van de middag komen we op ons “oude plekje” aan de Lindelei aan. Dezelfde havenmeester is er nog. We doen een paar boodschappen, eten wat en duiken vroeg ons bed in. Voor vandaag genoeg meegemaakt! Het is maar goed dat we maandag de oversteek gedaan hebben, want vandaag staat er weer een harde wind. Windkracht 6 tot 7. Van oversteken was nu geen sprake geweest. Maar hier in de stad heb je er geen last van. Een paar dagen in Gent doorgebracht, waar we zowaar zonder dikke jas kunnen wandelen.
Donderdagmorgen op ons akkertje naar Brugge gevaren. De havenmeester van Gent heeft vast gebeld naar de haven in de stad. Het laatste stukje zorgt voor wat oponthoud, omdat de laatste drie bruggen open moeten. Ze zijn zo laag, dat je er met een roeiboot niet eens onder door kan, laat staan met onze boot. Om het verkeer niet te veel te verstoren, “verzamelen” ze eerst een aantal boten voor ze de brug openen. En dat duurt even. Het heet niet voor niets Brugge. Aan de kade liggen we achter een boot uit Makkum. ’s Avonds worden we uitgenodigd om een borreltje te komen drinken door Wiebren en zijn vrouw Klaasje (hoe Fries wil je het hebben?). In Brugge is het inmiddels warm. Haast niet te “bevatten” na al die kou. Als we de volgende morgen de stad ingaan, is het zelfs HEET! Overal zie je mensen met korte mouwen, broeken en rokjes, maar natuurlijk met hele witte velletjes. Maar die worden vanzelf bruin, als het weer lekker blijft. In een leuke winkel op een pleintje zie ik in de etalage een “schat” van een teckeltje staan. Hoewel hij er duur uit ziet, kan ik de verleiding niet weerstaan om naar binnen te gaan. De prijs valt mee! En zo wordt er weer een teckel aan de verzameling toegevoegd, een hele mooie: rood met bloemetjes en herebeestjes. Aan het eind van de middag gaat het betrekken. We zijn net voordat de bui losbarst, weer op de boot. Het waait hard en de regen komt met bakken uit de hemel. Dan komt er ook nog een enorme hagelbui over. We horen op de radio, dat het weer voor behoorlijk wat overlast heeft gezorgd. Hier valt het gelukkig mee. Geen omgewaaide bomen of iets dergelijks.
Zaterdagmorgen op de fiets naar de markt. Lekkere dingen gekocht: makreel en bokking, een bakje “boerenpot”(= een kant en klare ovenschotel met “groentetjes” en “patatjes”) en brood met “zaadjes” erin. Heel veel dingen worden “verkleind” hier. Zo drinken we nog even een “koffietje” en gaan weer terug naar de boot. Dat is nog een avontuur op zich. De straatjes zijn hier heel erg smal en het zijn allemaal “kinderhoofdjes’’, waardoor je op moet passen niet van je fiets te trillen. De auto’s gaan vlak langs je heen. En als extra “gevaar” gaan hier de rijtuigen met paarden af en aan door de stad. Regelmatig hoor je het getrappel van paardenvoetjes achter je. En dan maar hopen, dat je geen snuivend paardenhoofd in je nek krijgt! Maar ja, dat maakt het ook wel leuk. De mensen hier in Brugge zijn bijzonder vriendelijk. We blijven hier tot en met zondag. Dan komen Niels en Valerie op bezoek. Maandagmorgen gaan we verder, of eigenlijk een stukje terug. En dan naar het zuiden, richting Mons en Charleroi.